أَشْهَدُ أَنّ لَّا إِلَٰهَ إِلَّإ الله وأَشْهَدُ أَنّ محمداً رسول الله
Ash hadu an la ilaha ill Allah wa ash hadu anna Muhammadan Rasul Allah
Moslim word je door het uitspreken van een zin, de ‘Shahadah’ of geloofsgetuigenis: “ik getuig dat niets of niemand het recht heeft om aanbeden te worden behalve ALLAH en ik getuig dat Mohammed – ﷺ vrede zij met hem – zijn dienaar en boodschapper is”.
Hoe spreek je SHAHADA uit?
Ash hadu an lailaaha illAllaah wa-ash hadu anna Muhammadan RasuluLLAAH.
أَشْهَدُ أَنْ لاَ إِلَهَ إِلاَّ اللَّهْ و أَنَّ مُحَمَّدًا رَسُولُ اللَّهْ
Het uitspreken van de shahada behoort dus tot de vijf zuilen van islam en wordt ook wel als de belangrijkste pilaar gezien. Warnaar deze belangrijkste pilaar omvalt, valt het hele geloof om. Immers, zonder het geloven in de shahada is er geen geloof. Het uitspreken van de shahada dient dus ook gepaard te gaan met een rotsvast geloof erin.
Eveneens dient dit geloof ten uitvoer gebracht te worden in uitspraken en daden.
We kunnen de shahada in twee delen verdelen. Het eerste deel van de shahada ‘Ik getuig dat er geen god is die het recht heeft aanbeden te worden behalve Allah’, bestaat uit een ontkenning en een bevestiging. Allereerst ontkennen we dat er geen andere god is die aanbeden mag worden.
We sluiten hiermee alle goden uit en maken daarna slechts één uitzondering: we bevestigen dat Allah dit recht wel heeft. We bevestigen dus dat Allah de Enige is die aanbeden mag worden.
Daarna bevestigen en getuigen we met het tweede deel van de shahada dat Mohammed (ﷺ vrede zij met hem) de dienaar en de Boodschapper is van Allah.
Daarmee erkennen we dat we geloven in Mohammed als Profeet (ﷺ vrede zij met hem). Dit geloven houdt natuurlijk ook in dat we zijn voorbeeld volgen, hij weet als Profeet van Allah immers het beste hoe we Allah kunnen behagen.